De Katz-schaal meet de mate van verlies van autonomie of afhankelijkheid van een oudere. De afweging vindt plaats aan de hand van verschillende variabelen die het mogelijk maken om de mate van afhankelijkheid te bepalen.

De beoordelingscriteria van de Katz-schaal

De Katz-schaal heeft 6 variabelen die betrekking hebben op dagelijkse handelingen:

  • Was jezelf
  • Zich aankleden
  • Overdracht en verplaatsing
  • Ga naar het toilet
  • Continentie
  • Eten

Voor elke variabele wordt een score toegekend die varieert tussen 4 scores, variërend van volledig gebrek aan hulp tot de behoefte aan volledige hulp.

Aan deze criteria wordt ook de vraag toegevoegd of de persoon gedesoriënteerd is in tijd en ruimte.

De Katz-schaal
De Katz-schaal

De 5 categorieën ouderen

De Katz-schaal maakt het mogelijk om ouderen in 5 categorieën in te delen:

Categorie 0 : volledig autonome mensen

Categorie A : ​

  • Fysiek afhankelijke mensen :
    • voor wassen en / of aankleden
  • Psychisch afhankelijke mensen: gedesoriënteerd in tijd en ruimte, maar volledig onafhankelijk fysiek .

Categorie B :

  • Fysiek afhankelijke mensen: :
    • om zich te wassen, aan te kleden
    • tijdens transfers en reizen, om naar het toilet te gaan.
  • Psychisch afhankelijke mensen: gedesoriënteerd in tijd en ruimte en fysiek afhankelijk:
    • voor baden en / of aankleden.

Categorie C :

  • Lichamelijk afhankelijke mensen:
    • om zich te wassen, aan te kleden,
    • tijdens transfers en reizen, om naar het toilet te gaan,
    • incontinent en / of afhankelijk van eten.

Deze mensen zijn psychisch onafhankelijk.

Categorie D:

  • lichamelijk afhankelijke mensen:
    • om zich te wassen, aan te kleden,
    • tijdens transfers en reizen, om naar het toilet te gaan,
    • incontinent en / of afhankelijk voor eten.

Ze zijn ook psychisch afhankelijk: gedesoriënteerd in tijd en ruimte.

Meer informatie: Beoordelingsschaal (Katz) – Inami

Tags